Werkvormen bij kernelementen
Om het meeste uit je leernetwerk te halen, hebben we voor elk kernelement een selectie van werkvormen verzameld. Deze werkvormen helpen je om de principes van de LISO-werkwijze praktisch toe te passen en verder te verdiepen.
Kennisinfrastructuur
- Wat is het?
In plaats van één vaste facilitator wordt er per bijeenkomst 1 of 2 geschikte personen aangewezen om de rol van facilitator te vervullen, afhankelijk van het programma en de doelstellingen van die specifieke bijeenkomst. - Wanneer kun je het gebruiken?
Deze werkvorm is ideaal wanneer een groep werkt aan complexe vraagstukken in een lerend netwerk en er behoefte is aan afwisseling en diversiteit in de aanpak. Door verschillende mensen de rol van facilitator te laten vervullen, wordt de dynamiek binnen de groep versterkt en kunnen verschillende perspectieven en expertises worden benut. - Hoe werkt het?
- Voorbereiding:
De project stelt gezamenlijk het programma van de bijeenkomst op. Op basis van de inhoud van het programma en de specifieke doelen van de bijeenkomst wordt bepaald welke persoon of personen het beste passen als facilitator. Dit kan een deelnemer zijn die specifieke kennis of vaardigheden heeft die relevant zijn voor het thema van de bijeenkomst. - Tijdens de bijeenkomst:
De facilitator begeleidt de groep door actief vragen te stellen, discussies te leiden, en ervoor te zorgen dat iedereen de kans krijgt om hun input te geven. De facilitator helpt de groep ook om gefocust te blijven op de doelen van de bijeenkomst. - Tussen bijeenkomsten door:
Per keer bepaalt de projectgroep wie het meest geschikt is om tussen de bijeenkomsten door contact te onderhouden, afhankelijk van waar het lerend netwerk op dat moment behoefte aan heeft. De facilitator onderhoudt contact met de deelnemers, stuurt factsheets, brengt deelnemers met elkaar in verbinding en zorgt dat de groep voorbereid is voor de volgende bijeenkomst.
- Voorbereiding:
- Wat levert het op?
Dit leidt tot een dynamisch en flexibel proces waarin alle deelnemers zich betrokken en gehoord voelen, doordat steeds opnieuw gekeken wordt wie de op dat moment het beste de rol van facilitator kan invullen. Dit zorgt voor een betere samenwerking, meer eigenaarschap onder de deelnemers, en een effectiever lerend netwerk doordat elke facilitator nieuwe inzichten en vaardigheden inbrengt.
Wij ontwikkelden deze werkvormen in onze eigen praktijk in samenwerking met de partners uit het leernetwerk.
- Wat is het?
In deze werkvorm neem je aan het eind van een bijeenkomst tijd om input te vragen op de agenda voor de volgende keer. Deelnemers leveren zo hun input, bijdrage en besluitvorming voor de volgende stappen. - Wanneer (in welke situaties) kun je dit gebruiken?
Aan het einde van een sessie, wanneer je deelnemers actief wilt betrekken bij de volgende fase van het proces en hun betrokkenheid wilt verhogen. - Hoe werkt het? (wat heb je nodig en welke werkwijze volg je)
Aan het einde van de sessie presenteert de facilitator het plan voor de komende tijd en de agenda van volgende bijeenkomst. Vraag de deelnemers wie kan bijdragen aan dat plan.
Hulpvragen zijn:- Wie kan hierbij helpen?
- Wie kan en wil een actievere rol aannemen in dit gedeelte?
- Welke (extra) experts moeten aansluiten? Gebruik je netwerk om extra experts in te schakelen indien nodig.
- Wat levert deze werkvorm op?
Door aan het eind tijd de nemen om de agenda te vormen, voelen deelnemers zich gehoord. Dit maakt dat ze zich tevreden voelen, actief betrokken zijn en bijdragen aan het proces, wat de waarde van de uitkomsten optimaliseert.
In deze werkvorm haal je op een gestructureerde manier kritiek en zorgen op bij deelnemers, om hier op een constructieve manier mee aan de slag te gaan en zo het leernetwerk te versterken.
Wanneer (in welke situaties) kun je dit gebruiken?
Deze werkvorm is met name geschikt als je het idee hebt dat er misschien wel iets te rooskleurig naar de toekomst wordt gekeken en te weinig aandacht is voor mogelijke knelpunten. Je haalt zo mogelijke zorgen, knelpunten of kritiek op die anders niet direct naar voren worden gebracht. Ook is de werkvorm geschikt als er juist wel negatieve geluiden zijn en je dit op een gestructureerde constructieve manier wilt ophalen.
Hoe werkt het?
(wat heb je nodig en welke werkwijze volg je)
In een werksessie bespreken jullie welke knelpunten jullie ervaren. Het gaat in twee stappen:
- Identificeer de belangrijkste knelpunten
- brainstorm over knelpunten
- bespreek de knelpunten
- stel prioriteiten
- Stel acties op om hiermee om te gaan
- bedenk oplossingen voor de knelpunten
- verzamel alle redenen waarom die toch niet kunnen werken
- bedenk randvoorwaarden en acties waar je mee aan de slag wilt gaan
Benodigdheden
Het is belangrijk om voldoende tijd te hebben voor de werksessie. Zo kunnen jullie echt tot de kern van de zaak komen én samen concrete oplossingen bedenken.
Daarnaast heb je de volgende praktische dingen nodig:
- post-its
- pennen/stiften
- grote vellen papier, bijvoorbeeld van een flip-over;
- een kookwekker
Wat levert deze werkvorm op?
Het helpt om onderliggende zorgen of potentiële obstakels boven water te krijgen, zelfs wanneer de algehele sfeer positief is. Dit bevordert een eerlijke dialoog en voorkomt dat onuitgesproken problemen later in het proces voor vertraging zorgen.
Waar vind ik meer info?
Werkdruk Wegwijzer (tno.nl) pagina 22-28 - de aanpak is geschreven voor werkdruk, maar je kunt de methode ook gebruiken voor het achterhalen van allerlei knelpunten die het gewenste resultaat in de weg staan.
Synergie in samenwerking
Reflectieve dialoog
- Wat is het?
Deelnemers geven elkaar feedback op hun bijdrage aan het lerend netwerk, de wijze waarop zij samenwerken en hoe dit bijdraagt aan de groepsdoelen. - Wanneer kun je het gebruiken?
Dit kan worden ingezet als de deelnemers al enige tijd samenwerken, om samen oog te houden op de voortgang, en als het gevoel ontstaat dat de groep stagneert. - Hoe werkt het?
- De deelnemers worden in tweetallen ingedeeld, waarin ze elkaar gerichte feedback geven. Dit kan worden gestructureerd met behulp van specifieke vragen zoals: "Hoe heb ik bijgedragen aan onze gemeenschappelijke doelen?" of "Welke acties van mij hebben een positieve of negatieve impact gehad op onze samenwerking?"
- Na de feedbacksessie reflecteren de groepen gezamenlijk op wat ze hebben geleerd en hoe ze hun gedrag kunnen aanpassen om beter bij te dragen aan de groepsdoelen. De facilitator begeleidt dit reflectieve dialoog door vragen te stellen en de deelnemers uit te nodigen hun inzichten te delen.
- De facilitator moedigt deelnemers aan om individueel na te denken over de ontvangen feedback en mogelijke actiepunten voor toekomstige bijeenkomsten.
- Wat levert het op?
Dit helpt deelnemers om bewuster te worden van hun eigen gedrag en de impact daarvan op anderen, en om constructieve feedback te gebruiken om hun eigen en de gezamenlijke prestaties te verbeteren. Dit leidt tot een effectievere samenwerking en een sterker gevoel van gemeenschap binnen het netwerk.
Informele ontmoeting buiten werktijd
- Wat is het?
Een informele ontmoeting buiten werktijd is een werkvorm waarbij deelnemers van het Leernetwerk elkaar in een ongedwongen sfeer ontmoeten, bijvoorbeeld tijdens een diner, borrel of wandeling. Dit bevordert persoonlijke verbindingen en versterkt het onderlinge vertrouwen, wat de samenwerking binnen het netwerk ten goede komt. - Wanneer kun je het gebruiken?
Dit kan op elk moment worden georganiseerd, bijvoorbeeld bij de start van een project, tijdens een periode van intensieve samenwerking of na het afronden van een deel van het project. Het is vooral effectief wanneer je de relaties binnen de groep wilt verdiepen en het groepsgevoel wilt bevorderen. - Hoe werkt het?
- De organisator kiest een geschikte informele setting en nodigt alle deelnemers uit om deel te nemen. Vraag de deelnemers wat zij leuk zouden vinden om te doen.
- Er is geen vaste agenda en je kunt van alles doen. Bijvoorbeeld met een maaltijd, spelletjes of een buitenactiviteit.
- Wat levert het op?
Door de informele context ontstaan er vaak spontane gesprekken en kunnen deelnemers elkaar beter leren kennen buiten de werksetting. Een informele ontmoeting versterkt het gevoel van saamhorigheid en vertrouwen binnen het netwerk. Het helpt barrières te doorbreken en bevordert open communicatie. Dit leidt tot meer effectieve samenwerking en een betere onderlinge afstemming binnen het netwerk.
Vertrouwen in opbrengsten
Tijdlijn: opbrengsten en lessen
- Wat is het?
Deze werkvorm is een interactieve sessie waarin deelnemers samen een tijdlijn creëren met belangrijke mijlpalen, harde lessen, en zachte lessen. Iedereen brengt de resultaten van een project of proces in kaart door opbrengsten te plotten op de tijdlijn. Dit biedt een visuele weergave van de voortgang en helpt bij het identificeren van patronen en leerpunten.
- Wanneer (in welke situaties) kun je dit gebruiken?
Gebruik deze werkvorm wanneer:
- Een project of proces bijna is afgerond, en het team de tijd wil nemen om te evalueren.
- Je tussentijds wil reflecteren op behaalde resultaten om bij te sturen.
- Het team behoefte heeft aan een gezamenlijk overzicht van lessen, successen en uitdagingen.
- Je zowel harde als zachte leerpunten en opbrengsten wilt vastleggen voor toekomstig gebruik.
- Hoe werkt het?
Benodigdheden:
- Grote vel papier of whiteboard (afhankelijk van de grootte van de groep).
- Post-its en markeerstiften in verschillende kleuren.
- Plakband of magneten (voor op het whiteboard).
- Eventueel een flip-over voor aanvullende aantekeningen.
Stappenplan:
- Voorbereiding:
- Teken een horizontale tijdlijn op het vel papier of whiteboard.
- Noteer belangrijke fasen, mijlpalen of periodes op de tijdlijn als referentiepunten.
- Zorg ervoor dat elke deelnemer post-its en stiften heeft.
- Individuele reflectie:
- Vraag elke deelnemer om een aantal minuten te nemen om na te denken over hun persoonlijke opbrengsten en lessen. Stimuleer hen om zowel harde als zachte lessen te overwegen.
- Laat hen hun ideeën op de post-its schrijven. Gebruik verschillende kleuren voor harde lessen (bijv. concrete cijfers of prestaties) en zachte lessen (bijv. inzichten, vaardigheden).
- Opbrengsten plotten:
- Laat elke deelnemer hun post-its op de tijdlijn plaatsen op de momenten die volgens hen relevant zijn.
- Stimuleer een discussie over de momenten waarop meerdere mensen lessen of opbrengsten hebben geplaatst en waarom die momenten belangrijk waren.
- Evaluatie en discussie:
- Bespreek de belangrijkste patronen en vragen, zoals: Welke lessen kwamen vaker voor? Wat waren onverwachte successen? Welke uitdagingen waren er?
- Neem de tijd om na te denken over wat deze lessen betekenen voor toekomstige projecten.
- Sluit af door een gezamenlijke samenvatting te maken van de meest waardevolle lessen en resultaten.
- Wat levert deze werkvorm op?
- Duidelijk overzicht van belangrijke mijlpalen, lessen en opbrengsten in een visuele tijdlijn.
- Teamreflectie op successen en uitdagingen, waardoor iedereen inzichten kan delen en leren van elkaars ervaringen.
- Concrete acties voor toekomstige verbeteringen en een gevoel van gezamenlijke verantwoordelijkheid.
- Visuele documentatie van het projectverloop, die kan dienen als referentie voor toekomstige projecten.
Evalueren van de opbrengsten implementatie
- Wat is het?
Deze werkvorm richt zich op het evalueren van de voortgang van implementaties binnen het leernetwerk. Deelnemers verzamelen periodiek input van de deelnemers over de impact en voortgang van vernieuwingen. Deze bevindingen worden tijdens bijeenkomsten centraal gedeeld, zodat het netwerk kan leren van de ervaringen en resultaten van anderen. - Wanneer kun je het gebruiken?
Deze werkvorm is ideaal voor structurele evaluaties, bijvoorbeeld twee keer per jaar, om de voortgang van implementaties binnen het netwerk te beoordelen. Je kunt het gebruiken om de opbrengsten van het leernetwerk in de praktijk in kaart te brengen. - Hoe werkt het?
- Werkgroep vormen: Een kleine groep deelnemers (bijvoorbeeld 3-5 personen) wordt aangewezen om de evaluatie te coördineren. Zij verzamelen input van de rest van het netwerk over de voortgang en de impact van implementaties.
- Input verzamelen: De werkgroep vraagt elk lid om input te geven over de voortgang van implementaties binnen hun organisatie of team. Hierbij wordt gekeken naar:
- Wie er betrokken zijn bij de uitvoering?
- Wat de impact van de veranderingen is (op processen, resultaten, medewerkers)?
- Hoe ver de implementatie is gevorderd (volledig, gedeeltelijk, opgestart)?
- Eventuele uitdagingen en successen.
Analyse: De werkgroep verwerkt de input en maakt een samenvatting van de belangrijkste bevindingen. Ze analyseren trends, knelpunten en succesfactoren.
Terugkoppeling in bijeenkomst: De resultaten worden centraal gepresenteerd tijdens een bijeenkomst. De werkgroep deelt de voortgang, successen, uitdagingen en geeft aanbevelingen voor verdere stappen.
Reflectie: Na de presentatie volgt een groepsdiscussie waarbij deelnemers reflecteren op de bevindingen en gezamenlijke verbeteracties worden besproken.
- Wat levert het op?
Deze werkvorm helpt om de opbrengsten van het leernetwerk in de praktijk in kaart te brengen. Het biedt inzicht in de voortgang van de implementatie van vernieuwingen, en helpt bij het identificeren van succesfactoren en obstakels. Door structurele evaluatie ontstaat een gedeeld beeld van wat goed werkt en wat verbeterd kan worden. Het zorgt er ook voor dat het hele netwerk betrokken blijft en samen leert van de ervaringen van anderen, wat de kwaliteit en effectiviteit van de implementaties vergroot.
Analyse van veranderbehoefte
- Wat is het?
Deze werkvorm maakt gebruik van een focusgroep om te analyseren wat een nuttige implementatie is van opbrengsten van het leernetwerk. oplevert en of dit vraagt om een aanpassing van bestaande kaders, zoals beroepsrichtlijnen, wetgeving of bestaande aanbestedingsprocessen. In groepsgesprekken met stakeholders met verschillende achtergronden deelnemers vanuit wordt inzicht verkregen in hoe inzichten uit het netwerk leiden tot veranderingen in de praktijk. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat een richtlijn aangepast wordt, of dat aanbestedingsprocedures veranderen door de nieuwe kennis en inzichten. - Wanneer kun je het gebruiken?
Deze werkvorm is geschikt om periodiek te gebruiken, bijvoorbeeld na een leernetwerkcyclus of project. Het helpt om te reflecteren en vast te stellen of de inzichten uit het netwerk vragen om veranderingen in bestaande praktijken of kaders, en hoe deze geïmplementeerd kunnen worden. - Hoe werkt het?
- Focusgroep samenstellen: Stel een focusgroep samen van 8-12 stakeholders uit de gebieden van het beleid, het onderwijs, de praktijk, het onderzoek en de doelgroep, gezinnen zelf. Het is belangrijk dat zij al op een bepaalde manier betrokken zijn bij het leernetwerk en inzicht hebben in de bestaande kaders (beroepsrichtlijnen, wetgeving, etc.) en de complexiteit van het systeem van al die gebieden.
- Topiclijst/agenda opstellen: Bereid een agenda voor:
- Welke inzichten heeft het leernetwerk opgeleverd die relevant zijn voor bestaande beroepsrichtlijnen, wetgeving of aanbestedingsprocessen?
- In hoeverre vragen deze inzichten om aanpassing van bestaande kaders?
- Hoe kunnen deze nieuwe kennis en inzichten worden geïmplementeerd in de praktijk?
- Welke concrete acties zijn nodig om deze veranderingen door te voeren?
- Groepsgesprek faciliteren:
-
- Een facilitator leidt de discussie en stelt open vragen gebaseerd op de topiclijst. Deelnemers worden aangemoedigd om te reflecteren op hoe de inzichten vanuit het leernetwerk invloed hebben gehad op hun praktijken.
- Gebruik hulpmiddelen zoals post-its en een flap-over om ideeën en inzichten te visualiseren.
- Een notulist legt de belangrijkste punten en argumenten vast.
- Input verwerken tot een implementatie plan:
Na afloop wordt de input geanalyseerd. Afhankelijk van hoe concreet het is en of er een duidelijke prioriteit naar boven is gekomen, kan een implementatieplan worden opgesteld.
4. Wat levert het op?
Deze werkvorm helpt om waarde toe te voegen voor het brede samenwerkingsverband rond het leernetwerk. Opbrengsten van leernetwerk kunnen inzicht opleveren die vraagt om een aanpassing van bestaande kaders, zoals beroepsrichtlijnen, wetgeving of bestaande aanbestedingsprocessen. Het biedt concrete handelingsperspectieven voor de implementatie van nieuwe kennis, waardoor het leernetwerk niet alleen reflecteert op de toegevoegde waarde van het gedeelde leren, maar ook actie onderneemt om noodzakelijke veranderingen door te voeren.
- Waar vind ik meer informatie?
Voor meer informatie over verschillende manieren van evalueren (interviews, enquêtes etc), kun je kijken in de Toolkit Evidence Based Werken - Overzicht methoden en technieken.
Vliegwiel van innovatie
Impactanalyse
- Wat is het?
De hulpvragen van de impact analyse helpen de volgende drie vragen te beantwoorden:- Wat betekent de innovatie voor mijn rol en taken?
- Hoe verschilt dat van de huidige situatie?
- Op welke vlakken is er ondersteuning nodig om goed uitvoering te kunnen geven aan de gewenste verandering?
- Wanneer (in welke situaties) kun je dit gebruiken?
Je maakt een impact analyse om in kaart te brengen hoe de dagelijkse praktijk verandert ten gevolge van de innovatie. Je kunt dit op verschillende momenten van de innovatie doen, vanaf ontwikkeling tot afronding. Het kan ook helpen om keuzes te maken in acties.
3. Hoe werkt het? (wat heb je nodig en welke werkwijze volg je)
Tien impactvragen dienen als voorbeeldvragen om per aspect een indruk te krijgen van de impact die de innovatie heeft op het dagelijkse werk. Zorg eerst voor een gezamenlijk beeld op hoofdlijnen (vertrekpunt) en breng vervolgens in kaart hoe de dagelijkse praktijk (rol en taken) van de relevante betrokkenen verandert als gevolg van de innovatie. Ga naar aanleiding van de beantwoording van elk aspect na of de andere aspecten nog aanvulling behoeven. Bijvoorbeeld: verandert de locatie van je werk naar deels digitaal? Zo ja, heeft dit nog invloed op de tools die je nodig hebt?
Benodigheden
- Facilitator
- Flaps en stiften/computer voor de uitwerking
- De hulpvragen
Wat levert deze werkvorm op?
Aan de hand van de vragen breng je in kaart hoe de dagelijkse praktijk (rol en taken) van de relevante betrokkenen verandert als gevolg van de innovatie. Met de resultaten bepaal je vervolgens welke interventies, activiteiten en faciliteiten tijdens het project nodig zijn om de relevante betrokkenen goed te kunnen betrekken en de verandering in goede banen te leiden. Voor een deel zullen er gemeenschappelijke behoeften zijn en voor een deel zullen ze verschillen.
Waar vind ik meer info?
Meer informatie en de hulvragen zelf zijn te vinden op:
Maak een implementatieplan
- Wat is het?
Het format implementatieplan bevat handige tools om een verandering succesvol te implementeren. Eenmaal ingevuld is het een strategisch document dat de stappen beschrijft die nodig zijn om een innovatie of verandering succesvol door te voeren binnen een organisatie.
2. Wanneer (in welke situaties) kun je dit gebruiken?
Een implementatieplan wordt gebruikt wanneer je een innovatie of verandering wilt doorvoeren in een organisatie. Dit kan bijvoorbeeld gaan om nieuwe technologieën, werkwijzen, of zorgmodellen die je op een efficiënte en duurzame manier wilt integreren, met aandacht voor de betrokken doelgroepen en omstandigheden.
- Hoe werkt het? (wat heb je nodig en welke werkwijze volg je)
Het format bestaat uit 20 pagina’s met invultemplates. Het implementatieplan omvat grofweg de volgende stappen:- Doelen en doelgroepen bepalen
Stel SMART-doelen en bepaal welke doelgroepen betrokken zijn. Dit zorgt ervoor dat de vernieuwing gericht en haalbaar is. Formuleer duidelijke doelen en beperk het aantal doelgroepen, met prioriteit voor de belangrijkste partijen. - Doelgroepen analyseren
Breng de behoeften en bereidheid tot verandering in kaart. Identificeer koplopers en achterblijvers en bepaal de invloed van de afzender om de communicatie af te stemmen. - Vernieuwing doorlichten
Analyseer de sterke en zwakke punten van de vernieuwing en maak een business case om kosten en baten te evalueren. Pas indien nodig de vernieuwing aan. - Context bekijken
Analyseer omgevingsfactoren die de implementatie kunnen beïnvloeden, zoals de organisatiecultuur, besluitvorming, en externe invloeden zoals budgetten en wetgeving. - Strategie kiezen
Kies een strategie die aansluit bij de doelgroepen en doelen. Gebruik een combinatie van strategieën voor een grotere kans op succes. - Acties plannen en communiceren
Bepaal de concrete acties per doelgroep en zorg voor een heldere communicatie van de kernboodschap om weerstand te verminderen en doelen te bereiken. - Evalueren
Voer tussentijdse en eind-evaluaties uit om het proces te monitoren en aan te passen waar nodig. Gebruik eenvoudige evaluatiemethoden en betrek de juiste mensen bij het meten en beoordelen van resultaten.
- Doelen en doelgroepen bepalen
Benodigheden
- Het invultemplate van het implementatieplan
- Bepaal een werkvorm en maak afhankelijk daarvan een projectgroep en plan sessies om dit gezamenlijk mee te doen
Wat levert deze werkvorm op?
Eenmaal ingevuld biedt het plan een gestructureerde aanpak voor het integreren van nieuwe processen, producten, of werkwijzen in de praktijk.
Waar vind ik meer info?
Meer informatie en de hulvragen zelf zijn te vinden op:
ZonMw implementatieplan en Maak zelf een implementatieplan voor uw project | ZonMw
Coordination action - checklist
- Wat is het?
De checklist is een instrument dat door netwerken kan worden gebruikt om gecoördineerde actie in gezondheidsbevordering binnen de gemeenschap te faciliteren en evalueren. - Wanneer (in welke situaties) kun je dit gebruiken?
De checklist is te gebruiken in netwerken voor gezondheidsbevordering, zowel lokaal als nationaal, in verschillende programmafases en contexten. Je kunt het bijvoorbeeld na een jaar herhalen. Dit maakt veranderingen in de samenwerking zichtbaar. - Hoe werkt het? (wat heb je nodig en welke werkwijze volg je)
Als eerste vullen deelnemers van het netwerk de checklist individueel in. Vervolgens worden de antwoorden anoniem verwerkt en ontstaat er een verzameling van successen en verbeterpunten. Deze worden in een focusgroep geprioriteerd en hier worden actievoorstellen aan verbonden.
Benodigheden
- Bandrecorder
- Flaps en stiften
- Checklisten
Wat levert deze werkvorm op?
De checklist is bedoeld om de discussie rondom successen en vertrekpunten op gang te brengen en daarmee de samenwerking te faciliteren.
Waar vind ik meer info?
Meer informatie en de checklist zelf zijn te vinden op:
Actieleren als rode draad
Afspraken voor online samenwerken en delen van informatie
- Wat is het?
Deze werkvorm richt zich op het vaststellen van afspraken voor online samenwerking binnen het leernetwerk. Deelnemers onderzoeken welke regels en beperkingen er vanuit hun eigen organisatie zijn bij het delen van informatie online. Het doel is om gezamenlijk te komen tot werkbare manieren die online samenwerking mogelijk maken. - Wanneer kun je het gebruiken?
Deze werkvorm is geschikt bij de start van een project of samenwerkingsverband waarbij online tools en platforms nodig zijn. Het is het meest relevant als er mensen al tegen problemen aanlopen. Door er tijdens een bijeenkomst echt tijd aan te besteden, ontstaat duidelijkheid over de mogelijkheden, beperkingen en de oplossingen van het delen van informatie en documenten binnen en tussen organisaties. - Hoe werkt het?
- Inventarisatie van regels:
-
- Elke deelnemer geeft kort aan welke online platforms ze gebruiken (bijv. OneDrive, Google Drive) en welke regels of beperkingen hun organisatie stelt aan het delen van informatie. Vragen die behandeld worden: Mag je bestanden delen via specifieke platforms? Kan iedereen van de doelgroep bij de informatie?
- Gezamenlijke oplossingen vinden:
-
- De facilitator leidt een groepsdiscussie waarin voorstellen voor de werkwijze of de huidige werkwijze wordt besproken. Zijn hier belemmeringen? De groep brainstormt over mogelijke oplossingen om effectief online samen te werken.
- Afspraken vastleggen:
-
- Na de discussie worden de afspraken voor online samenwerking vastgelegd in een document. De afspraken worden gedeeld met alle betrokkenen en worden opgeslagen op een plek die makkelijk vindbaar is.
- Wat levert het op?
Online samenwerken is een belangrijk onderdeel in veel projecten tegenwoordig. Deze werkvorm zorgt voor helderheid over de manier van online samenwerken. Het voorkomt toekomstige problemen met het delen van informatie, bevordert effectieve samenwerking en zorgt er zo voor dat het leren optimaal wordt ondersteund.
Kiezen van de juiste werkvorm
- Wat is het?
Deze werkvorm helpt om de juiste didactische vorm te kiezen voor hoogwaardige interactie binnen het leernetwerk en van elkaar te leren. Het draait om het afstemmen van de werkvormen op de leerdoelen, de groep en de context waarin het leren plaatsvindt. - Wanneer kun je het gebruiken?
Gebruik deze overkoepelende werkvorm als je een leerproces wilt inrichten of als je merkt dat het leren van elkaar nog achterblijft. - Hoe werkt het?
- Breng eerst de leerdoelen in kaart. Wat willen de deelnemers leren? Gaat het om kennis vergaren, vaardigheden ontwikkelen of reflectie stimuleren? Voer deze inventarisatie met een kerngroep en een facilitator. De kerngroep levert input vanuit hun eigen praktijkervaringen en kennen de behoeften en dynamiek van de groep goed. De facilitator zorgt ervoor dat de leerdoelen helder zijn, begeleidt de keuze van passende werkvormen en bewaakt de voortgang en dynamiek tijdens de sessie.
- Bepaal de dynamiek van de groep: welke deelnemers zijn er, hoeveel mensen zijn dat, wat is hun ervaringsniveau, en welke interactie is hiervoor nodig?
- Kies passende werkvormen op basis van deze factoren. Voorbeelden:
- Simulaties: Bij complexe vraagstukken waar het fijn is om in gedachten te experimenteren met oplossingen.
- Intervisie: Voor reflectie, ondersteuning en het uitwisselen van persoonlijke ervaringen.
- Gezamenlijk ontwerpen: Wanneer nieuwe kennis en oplossingen gevraagd worden.
- Evalueer de gekozen werkvormen na afloop door feedback van deelnemers te verzamelen, en stel bij waar nodig.
- Wat levert het op?
De juiste werkvorm zorgt voor effectieve kennisdeling, verhoogde betrokkenheid en betere toepassing van de geleerde kennis. Hierdoor worden de doelen van het leernetwerk sneller en efficiënter bereikt. - Waar vind ik meer informatie?
In het document van Kessel & Smit (2000) vind je verdere verdieping over werkvormen die aansluiten bij specifieke leerdoelen: Instrument werken aan kennis